Deel 1 | Pascha en uittocht

Printvriendelijke versie

Een bekende Afrikaans-Amerikaanse spiritual, een kerklied uit de gospeltraditie, heet Go down, Moses. Het lied stamt uit de tijd van de Amerikaanse burgeroorlog. Het werd gebruikt als code in de Underground Railroad, de route waarlangs slaafgemaakten vluchtten naar de vrijheid. Het wordt nog steeds gezongen in kerken over de hele wereld. Lees en/of luister de tekst van dit lied:

 

Engels 

Nederlands 

When Israel was in Egypt's land,  

Let my people go,  

Oppressed so hard they could not stand, Let my people go. 

 

Toen Israël in Egypte woonde,  

Laat mijn volk gaan,  

Zo zwaar onderdrukt dat ze niet konden staan,  

Laat mijn volk gaan. 

Go down, Moses,  

Way down in Egypt's land,  

Tell old Pharaoh,  

Let my people go. 

 

Ga naar beneden, Mozes,  

Diep in het land van Egypte,  

Zeg tegen de oude farao:  

Laat mijn volk gaan. 

Thus saith the Lord, bold Moses said,  

Let my people go,  

If not, I'll smite your first-born dead, 

Let my people go. 

Zo sprak de Heer, zei Mozes dapper: 

Laat mijn volk gaan,  

Zo niet, dan zal Ik je eerstgeborene doden, Laat mijn volk gaan. 

 

Gespreksvragen

Gespreksvragen

  1. De tekst gaat over het verhaal van Israël in Egypte. Hoe komt het dat dit verhaal zo aansprak in de tijd van de Amerikaanse Burgeroorlog?
  2. Wat vind je ervan dat dit Bijbelverhaal gebruikt wordt om op te komen voor het recht van onderdrukten?
  3. In hoeverre voel jij je geroepen om op te staan voor mensen die worden onderdrukt?
  4. Wat heeft de bevrijding van Israël je hierin te zeggen?
Bijbelgedeelte

Bijbelgedeelte

Lees met elkaar: Exodus 12:1-14, vers 21-24 en vers 29-37.

Zingen

Zingen

Zing met elkaar enkele van deze psalmen of liederen:  

Psalm 116:2, 3, 4 en 11, en Psalm 105:1, 14 en 24.

Lied 71: Heer', Uw bloed dat reinigt mij en lied 120: Lam Gods, dat zo onschuldig

Startopdracht

Startopdracht

Voorafgaand aan het hoofdstuk van deze Bijbelstudie (Exodus 12) worden de eerste negen plagen beschreven. Deze plagen vind je in Exodus 7 t/m 11. In het hoofdstuk 12 komt de tiende plaag aan de orde. In deze opdracht kijken we terug naar de plagen en verbinden die aan wat God Zelf zegt in Exodus 12:12: ‘Ik zal gerichten oefenen aan al de goden der Egyptenaren, Ik, de HEERE!’ Dat betekent dus dat de gerichten, de straffen, niet alleen gericht waren op de farao en de Egyptenaren, maar ook op de goden van Egypte. In het verleden hebben Bijbelwetenschappers al geprobeerd uit te zoeken op welke goden van Egypte dit kon slaan. Egypte had namelijk een polytheïstische godsdienst, waarbij erg veel goden vereerd worden. In tweetallen kruip je in de huid van deze wetenschappers om te achterhalen welke Egyptische goden getroffen werden door Gods plagen.

  1. Maak tweetallen. Elk tweetal onderzoekt een plaag. Bij minder dan twintig deelnemers is het ook mogelijk om elk duo meerdere plagen te laten doen.
  2. Schrijf per tweetal op een A4 wat er gebeurde bij de plaag. Weet je het even niet meer? Kijk in Exodus 7 t/m 11.
  3. Deel de tabel (zie onderaan deze les: printblad startopdracht) uit waarop een aantal belangrijke Egyptische goden staan.
  4. Schrijf achter elke plaag minimaal de naam van een god van de Egyptenaren. Schrijf ook op waarom deze god door deze plaag in zijn of haar macht werd aangetast.
  5. Bekijk je lijst goed. Wat zegt dit over de God van Israël?
Na deze avond...

Na deze avond...

Weet je: de overeenkomst en het verschil tussen Pascha en het Heilig Avondmaal.
Besef je: dat je niet werkelijk kunt leven zonder het bloed van het Lam.
Kun je: aangeven wat je in je leven zou willen veranderen om meer te lijken op de Israëlieten uit dit hoofdstuk.

Kerntekst

Kerntekst

Exodus 12 vers 12 en 13: ‘Want Ik zal in dezen nacht door Egypteland gaan, en alle eerstgeborenen in Egypteland slaan, van de mensen af tot de beesten toe; en Ik zal gerichten oefenen aan al de goden der Egyptenaren, Ik, de HEERE! En dat bloed zal ulieden tot een teken zijn aan de huizen, waarin gij zijt; wanneer Ik het bloed zie, zal Ik ulieden voorbijgaan; en er zal geen plaag onder ulieden ten verderve zijn, wanneer Ik Egypteland slaan zal.’

Opdrachten van God

Opdrachten van God

Het boek Exodus bestaat uit een aantal delen. In de eerste twee hoofdstukken gaat het vooral over de onderdrukking door farao, daarna volgen de roeping van Mozes en de tien plagen (hoofdstuk 3-11), daarna de instelling van het Pascha en de uittocht (hoofdstuk 12-15) en vervolgens de woestijnreis, wetgeving en bouw van de tabernakel. Het Bijbelgedeelte van vandaag is de scharnier tussen het deel over de tien plagen en het deel over de daadwerkelijke uittocht en de woestijnreis. In dit Bijbelgedeelte krijgen de Israëlieten via Mozes Gods instructies rondom de laatste plaag en de instelling van het Pascha. Zo moeten alle families een lam van een jaar oud in huis nemen (vers 3 t/m 6). Daarnaast volgen in dit Bijbelgedeelte nog een heel aantal voorschriften. Hoe deze voorschriften er precies uit zien en wat ze betekenen, gaan we zelf onderzoeken in de volgende opdracht.

Opdracht bij Exodus 12:1-14 en 21-24

Opdracht bij Exodus 12:1-14 en 21-24

Nodig: (bord)-stiften en lege A3-papieren (evenveel als dat er groepjes zijn).
Instructie: Verdeel de jongeren in drie groepen. Elke groep bestaat uit maximaal vier tot vijf jongeren. Bij een grote groep kun je er ook voor kiezen om zes groepen te maken en de opdracht dubbel te laten uitvoeren. Elke groep krijgt een leeg A3-vel en stiften. Alle groepen gaan nadenken over de voorschriften die God geeft bij de instelling van het Pascha. Gebruik hiervoor alleen Exodus 12: 1 t/m 14 en 21 t/m 24. Elke groep krijgt daarbij een eigen focus:

  • Groep 1: de voorschriften over het lam.
  • Groep 2: de voorschriften over het bloed aan de deur.
  • Groep 3: de overige voorschriften rondom het Pascha en de uittocht.

Alle groepen schrijven wat ze vinden op het A3-vel. In het midden wordt het thema van de groep neergezet. Na drie minuten wisselen de groepjes: het A3-vel blijft liggen, de groep schuift door. Vervolgens vult de volgende groep in drie minuten wat al op het papier staat aan met wat ze zelf nog vinden in het Bijbelgedeelte. Daarna wordt nog een keer gewisseld, zodat elke groep elk thema gehad heeft. De A3’s worden voorin gehangen. Laat elke groep vertellen wat er op de A3, waarmee ze gestart zijn, staat. Afhankelijk van de grootte van de groep kunnen de volgende vragen plenair of in de groepjes besproken worden.

Gespreksvragen bij de opdracht

Gespreksvragen bij de opdracht

  1. Wat kom je over God te weten uit deze voorschriften?
  2. Wat zegt dit over hoe God kijkt naar ons leven?
  3. Wat betekent dit voor jouw leven?
De kern (Exodus 12:12-13)

De kern (Exodus 12:12-13)

In dit deel van de Bijbelstudie zoomen we verder in op een klein gedeelte uit Exodus 12. Het gaat om vers 12 en 13. Dit zijn kernteksten in dit hoofdstuk omdat heel duidelijk aangegeven wordt wat God doet op dit moment in de geschiedenis. God kondigt aan dat Hij alle eerstgeboren zoons in Egypte zal treffen met zijn oordeel, waardoor uiteindelijk het hele volk gestraft wordt. De Israëlieten worden voorbijgegaan. Het woord Pascha voor het bijbehorende feest betekent dan ook ‘voorbijgang’. Veel Bijbeluitleggers geven ook aan dat het bloed aan de deurposten een symbool of beeld is voor het bloed van Jezus, Die stierf voor zondaren zodat zij ‘voorbijgegaan’ worden in Gods oordeel.

Gespreksvragen bij de kern

Gespreksvragen bij de kern

  1. Wat gaat God doen volgens Exodus 12:12-13?
  2. Wat zegt dit over hoe God is?
  3. De Israëlieten moesten het bloed smeren aan de deurposten van hun huis. Het was voor hen een teken (vers 13). Wat zegt het over hen en hun relatie met God dat ze inderdaad dit teken aanbrachten op hun huizen?
  4. Waarin zou je op deze Israëlieten willen lijken?
De uittocht (Exodus 12:31-37)

De uittocht (Exodus 12:31-37)

In dit gedeelte maakt het volk Israël zich gereed om te gaan vertrekken. De laatste plaag heeft plaatsgevonden. De Egyptenaren blijven jammerend achter en smeken de Israëlieten om te vertrekken. Zelfs de farao roept Mozes en Aäron terwijl het nog nacht is om hun te gebieden direct te vertrekken met alles wat ze hebben. Daarbij nemen de Israëlieten allerlei kostbare voorwerpen mee van de Egyptenaren. Verklaarders merken daarbij op dat dit laat zien dat God het volk niet alleen bevrijdt, maar hen ook voorziet van alles wat ze nodig hebben. Calvijn geeft zelfs aan dat de plundering van Egypte een rechtvaardige vergelding is voor de jarenlange slavernij – God keert dus alles om.

Gespreksvragen bij de uittocht

Gespreksvragen bij de uittocht

  1. Lees het gedeelte goed door en kijk wat je kunt vinden over het tijdsverloop. Welke aanwijzingen geeft het Bijbelgedeelte over de snelheid waarmee alles uitgevoerd wordt?
  2. Wat heeft dat te zeggen voor jouw leven?
  3. Dit is een hoopvol Bijbelgedeelte. Waar blijkt dat uit?
  4. Wat in dit gedeelte geeft jou hoop?
Stelling

Stelling

‘God bevrijdde Israël. Daarom moeten wij ook opstaan voor mensen die onderdrukt worden.’

Bidden

Bidden

Suggesties om voor te bidden vanuit het Bijbelgedeelte of thema:

  • Voor het Joodse volk, dat zij de Heere Jezus ook als hun Messias mogen gaan erkennen.
  • Voor recht waar onrecht heerst op deze wereld.
  • Voor veiligheid achter het bloed van Jezus en voor een dieper vertrouwen in Zijn offer als je Hem al kent.
Slotopdracht

Slotopdracht

Bekijk de volgende filmpjes over Pesach; allebei of een van beide:

 

Bespreek, als je het tweede filmpje bekijkt het verband tussen Pesach en het Heilig Avondmaal.

Uit de belijdenisgeschriften

Uit de belijdenisgeschriften

Heidelberger Catechismus, zondag 28, vraag en antwoord 75
https://www.online-bijbel.nl/catechismus/zondag/28/

Nederlandse Geloofsbelijdenis artikel 35
https://www.nederlandse-geloofsbelijdenis.nl/artikel-35

Verdieping

Verdieping

Vertelschets over het laatste Pascha
https://goedinvorm.nu/materiaal/vertelschets-over-het-laatste-pascha-b2-33

Deel 2 | Gods verbond

Bijbelstudiemateriaal 16+

Vorige Volgende